Internationale Vrouwendag: een pleidooi voor publieke gezondheid!

femmes

Wist je dat vrouwen 70% uitmaken van alle werkkrachten in de gezondheidssector? Bij verpleegkundigen loopt dit zelfs op tot 90%. Vrouwen voeren daarnaast naar schatting 76% van al het onbetaalde zorgwerk uit. En dat cijfer is tijdens de coronapandemie waarschijnlijk nog gestegen. Dit maakt vrouwen de eerste slachtoffers van de grote personeelstekorten in de zorgsector en andere publieke diensten.

Overal ter wereld komen sociale bewegingen en activisten op 8 maart op straat om de rechten van vrouwen  en iedereen die zich identificeert als vrouw te versterken. In 1910 werd voor het eerst internationale vrouwendag erkend. Het ontstaan is nauw verbonden met de opkomst van de socialistische arbeidersbeweging. Twee jaar daarvoor trokken 15.000 vrouwen door de straten van New York voor stemrecht en voor betere werkomstandigheden en hogere lonen in de textielindustrie. Honderd jaar later is de noodzaak om op straat te komen nog steeds groot.

We weten allemaal dat vrouwen nog steeds minder worden betaald dan mannen, zelfs wanneer ze dezelfde functie uitvoeren. Maar het probleem gaat veel verder dan dat. In België maar ook op heel wat andere plaatsen in de wereld wordt bespaard op publieke diensten, zoals gezondheidszorg en onderwijs. Dit treft vrouwen op verschillende manieren harder dan mannen.

Vrouwen verliezen hun job

In de gezondheidssector maken vrouwen 70% uit van alle werkkrachten. Bij verpleegkundigen loopt dit zelfs op tot 90%. Van alle zorginstellingen wereldwijd wordt 69% geleid door mannen, waarbij gemiddeld 80% van de leden van de raad van bestuur mannen zijn. Wanneer overheden besparen op de gezondheidszorg, verliezen vrouwen hun job. Op internationaal niveau legden het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank strenge leenvoorwaarden en besparingen op aan lage-inkomenslanden. In 2020 spendeerden schuldplichtige landen daardoor tot 2,2 keer zoveel aan buitenlandse schuld dan aan gezonheidszorg. Soms wel tot 40% van hun totale overheidsbudget. Daardoor kunnen ze niet investeren in sterke publieke diensten. Dit heeft een enorme impact op genderongelijkheid en sociale ongelijkheid in het algemeen.

Onbetaald zorgwerk

Vrouwen verrichten meestal ook het onbetaalde zorgwerk dat nodig is om de economie draaiende te houden. Denk maar aan de zorg voor de kinderen thuis, koken of schoonmaken. Vrouwen voeren naar schatting 76% van al het onbetaalde zorgwerk uit. En dat cijfer is tijdens de coronapandemie waarschijnlijk nog gestegen. De diensten waar vrouwen en andere groepen die slachtoffer zijn van discriminatie het meest gebruik van maken zijn ook de eerste waarop wordt bespaard. Denk maar aan de kinderopvang in België bijvoorbeeld. Wanneer er een tekort is aan opvangplaatsen of crèches noodgedwongen moeten sluiten door personeelstekort, zijn het in de meeste gevallen vrouwen die inspringen om hun kinderen op te vangen. In de praktijk vullen zij de gaten op die de besparingen op publieke diensten veroorzaken.

Behalve gender speelt ook discriminatie op basis van klasse, etniciteit of seksuele geaardheid een rol bij de ongelijke impact van besparingsmaatregelen en de ongelijke toegang tot gezondheidszorg. Rekening houden met al die verschillende assen van ongelijkheid en hoe die elkaar doorkruisen, noemen we intersectionaliteit of kruispuntdenken.

Ongelijke toegang tot gezondheidszorg

Ten slotte heeft discriminatie tegen vrouwen, maar ook al wie zich identificeert als vrouw of non-binair, een negatieve impact op hun toegang tot gezondheidszorg. Zo beïnvloeden genderstereotypes bijvoorbeeld hoe artsen ziekten behandelen en patiënten benaderen. Een studie uit 2018 toonde aan dat artsen mannen met chronische pijn vaak als “dapper” zien, terwijl ze vrouwen “emotioneel” noemen. Veel van de gezondheidswerkers in de studie geloofden dat vrouwen hun pijn overdrijven.

Een ander voorbeeld is de nieuwe abortuswet in de Verenigde Staten. Miljoenen mensen in de VS verliezen de toegang tot veilige abortuszorg. Zij die arm, jong, zwart, onvoldoende geïnformeerd zijn of partnergeweld hebben meegemaakt, worden het vaakst getroffen. Deze vrouwen hebben de meeste kans op een ongewenste zwangerschap, een grotere kans om te overlijden als gevolg van een zwangerschap en hebben de minste toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidsdiensten. Vrouwen zijn wereldwijd ook minder vertegenwoordigd onder beleidsmakers die de beslissingen rond het gezondheidsbeleid en besparingen nemen. Daardoor worden hun belangen minder goed verdedigd.

Viva Salud steunt het collecti.e.f 8 maars en de verschillende acties die over heel België plaatsvinden. Wij zijn aanwezig op de betoging in Brussel. Ga je graag mee? Stuur dan een mailtje naar marilyse@vivasalud.be. Geraak je niet in Brussel? Bekijk op de website van het collecti.e.f 8 maars welke activiteiten in jouw buurt worden georganiseerd.

In de Filipijnen startte onze partnerorganisatie Gabriela al op 11 februari met hun mobilisatie voor internationale vrouwendag. Ze vragen onder meer voor de implementatie van conventie 190 van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) tegen seksuele intimidatie op de werkvloer. Tijdens verschillende activiteiten zetten ze deze en andere democratische rechten voor vrouwen op de agenda. Ook in Congo werken onze partnerorganisaties Si Jeunesse Savait (SJS) en Etoile du Sud (EDS) mee aan de betoging op internationale vrouwendag.